dinsdag 24 december 2013

De ware kerstspirit

"Ze bleven daar maar zwaaien met hun vuisten in het rond
Den os en den ezel lagen knock-out op de grond
Toen kwam God de Vader en hij sprak 'dit is mijn zoon'
Nu stonden ze te gapen, nu zaten ze daar schoon

Jozef kon niet volgen en diene is beginnen zuipen
En Maria van afronten die wist ook niet meer waar kruipen
Dat werd me daar een kermis, dat werd me daar een klucht
Toen viel er nog ne nest met engelen uit de lucht, aah

Jezeke is geboren, aleluja halloo
Jezeke is geboren in een bakske vol met stro"

Jaja, de ware kerstspirit.
Het kerstdiner gaat hier thuis bijna van start. Nonkel die racistische moppen zit te maken en boertig de helft van elke kom die op tafel komt binnenslokt, papa die schijnheilig mee zit te lachen (en achter zijn rug om fluistert dat nonkel weer eens een echt zwijn is, hoe durft hij) , tante die een verwoede poging doet om de boel fatsoenlijk te houden, mama die met een glimlach op het gezicht de uren zit af te tellen tot ze in haar nest kan kruipen.

Wat een heerlijke clichéfamilie heb ik toch. 

En ik? 

Ik zal wel zuchtend kerstfilms kijken met een glas wijn in de hand en luisteren naar de grappige anekdotes van mijn nicht. Da's de coolste van de familie. Al hoop ik dat dat niet veranderd is nu ze haar vriend voor de eerste keer meeneemt. Ik betwijfel het. Mijn nicht woont, als enige van onze familie, ergens anders dan in het boerengat waar wij vandaan komen. 
In 't sjtad dan nog. Ze is heel open-minded en een echte plantrekker, heeft al veel gereisd en een hele reeks jobs en opleidingen achter de rug. En haar ideeën zijn ongeveer dezelfde als de mijne, dus dat klikt wel. 

Zoals jullie al wel doorhadden ben ik dus niet echt een kerstkind. Integendeel, in deze tijden word ik nog cynischer dan anders. Ik vind het allemaal zo'n vreselijk opgezet spel, met valse voornemens en een hoop schijnheiligheid. 
Als ik het voor 't zeggen had, zat ik nu in Italië of een ander warm land van een cocktail te nippen. 

Helaas denkt ons mama daar anders over. Hoewel ze Kerstmis ook maar stress en gedoe vindt, heeft ze die dag al wel geclaimd voor als mijn broer en ik het huis uit zijn. "Kerstmis vier je met familie, dus dan komen jullie met de kindjes naar hier." 
Wishful thinking, moeder. Mijn broer blijft nog zeker vijftien jaar thuis wonen.


maandag 16 december 2013

Aha-erlebnis

Hevig huilend belde ze me op. Het is weer eens zo. Het is godverdomme wééral zo. De vuile klootzak, de eikel, de slang.
Ze had een hele reeks sms'jes en e-mails gevonden die weinig  aan de verbeelding overlieten. Alweer.
Al drie keer heeft ze hem zijn avontuurtjes, die hij zelf beschrijft als 'nietsbetekenende, vaak dronken seks', vergeven.

De eerste keer toen ze mij dit vertelde, bleef ik relatief kalm. Zij wilde hem vergeven, dat stond vast. Ze hield van hem en wou niet alles wat ze hadden opgebouwd opgeven voor een misstap.
Anderen zouden haar misschien gek verklaren, maar ik begreep het. Zelf heb ik ook ooit een misstap begaan en die is mij toen vergeven, waar ik heel blij om was. Die relatie is uiteindelijk toch gestrand, maar niet door die fout. Het is ook maar bij die ene keer gebleven. Dus ik geloofde oprecht dat dit hun relatie weer even zou wakkerschudden en dat het nooit meer zou gebeuren.
Jongens, zat ik daar even naast...

Het is nog twee keer gebeurd, en wie weet hoe vaak nog waar wij niets van weten.
Die kerel zou zijn pollekes nochtans mogen kussen omdat hij zo'n schitterende vriendin heeft gevonden. Een mooi, lief en speels meisje dat alles voor hem overheeft.
Maar nee, op een ander is het blijkbaar toch allemaal spannender en beter.
't Is te zeggen, hij verlaat haar ook niet voor die ander. Daarvoor heeft hij het thuis waarschijnlijk te goed. Of te gemakkelijk? Wie zal 't zeggen?
En ik was kwaad, zo vreselijk kwaad. Hoe durft hij haar dit weer aan te doen?
Ze heeft me al vaker gebeld dat ze weg wil van hem en ik kan niet anders meer dan dit aan te moedigen. Maar wat met het huis? De meubels? De huisdieren?
Geen gemakkelijke situatie.
Vaak laat ze het dan ook maar wat aanmodderen en gaat ze verder zoals voor het bedrog. Waar ik mij dan mateloos in erger. Een meisje met zo'n ijzeren wil en dat zoveel te bieden heeft, zou zich niet zo mogen laten bedriegen en beliegen.

Toen ze, nog steeds in tranen, ophing, schreeuwde ik vanbinnen.
Hoe kon ikzelf ook zo stom zijn?
Hoe durf ik haar zo steunen en aanmoedigen om bij hem weg te gaan, terwijl ik zelf zo'n 'andere' ben?
Ik heb mezelf zo vaak wijsgemaakt dat dit niet 'zomaar' iets is, dat ik niet 'zomaar iemand' ben. Maar wat is dan het grote verschil?
Verliefdheid is een kutexcuus. Echt waar. Zeker als die niet sterk genoeg is om voor mij te kiezen.
In feite betekent het dan even veel als 'nietsbetekenende, vaak dronken seks'.
En uiteindelijk wordt toch gekozen voor wat het gemakkelijkste is, het meest logische, het meest vanzelfsprekende. Met als gevolg dat ik me nog schuldig ga voelen, omdat ik dat niet kan zijn.

Ik ga mijn vriendin steunen en ervoor zorgen dat ze nu eens voor eens en altijd van die smerige rotzak weggaat. Zonder dat ze beseft dat ze ook mijn ogen geopend heeft, en ervoor gezorgd heeft dat ik me voor eens en altijd lostrek van iemand die nooit voor mij zal kiezen. Net zoals haar vriend nooit volledig voor haar zal kiezen.
Zij, en ik ook, zijn meer waard dan mooie praatjes en gekleurde waarheden.

vrijdag 13 december 2013

Fuck you, Karma

Ik heb vandaag al mijn kleingeld weggegeven aan een (zelfverklaarde? wie zal 't zeggen?) dove die voor de deur stond. 't Zag er een sympathieke jonge gast uit en ik ben de laatste dagen in een belachelijk goed humeur, dus ik dacht: waarom ook niet? Die jongen was mij kei dankbaar voor mijn eurootje, twee vijf centjes, drie twintig centjes en een paar roskes. 'k Heb er zelfs een handdruk voor gekregen.
Karma heeft mij de laatste tijd een ferme stamp onder mijn gat gegeven. Wat ik wel begrijp, ik ben immers niet altijd even braaf en lief voor mijn naasten.

Maar nu mag Karma voor mij ook wel eens lief zijn. Mijn ouders hebben geen miserie met mij gehad deze week, ik heb een vriendin geholpen met een evenement dat volgende week zal plaatsvinden (dus voor haar stress alom) en 't is over het algemeen een stommiteitenvrije week geweest.
Kijk 'ns aan. Ik zou mezelf een schouderklopje geven.
Ik ben nu eenmaal een van die naïeve mensen die er oprecht in gelooft dat als je iets goed doet voor iemand je dat ooit wel zal terugkrijgen van het universum. Op een of andere manier.

Na meer dan een week afkick van Hasselt, de stad waar ik vier jaar gewoond, gefeest en sporadisch eens gestudeerd heb, is 't nog eens tijd voor een feestje daar.
Ik was vanaf dag één verliefd op die stad, en die liefde zindert nog heel hard na. Al is die tegenwoordig vooral bestemd voor de mensen die er, in tegenstelling tot mezelf, zijn gebleven na hun studies.
Vrienden die ik vroeger elke dag zag en waar ik altijd mijn ei bij kwijt kon, zijn nu langeafstandsvrienden die ik maar sporadisch zie. Zelfs al ga ik nog heel geregeld terug naar daar, het is niet meer wat het geweest is.

Daarom heb ik heel veel goesting in het feestje straks. De verwachtingen zijn hooggespannen.
En ik dacht nog zo: Vandaag is een bijzondere dag. Ik ben met dat idee opgestaan en 't heeft er de hele dag gezeten.
Niet zo'n slim idee eigenlijk, want als ik zo enthousiast ben, kan 't alleen maar slechter uitdraaien.

En toen stapte ik in de grootste hondendrol die ik ooit in mijn leven al gezien heb (dat zag ik pas nadat ik erin getrapt was natuurlijk).
'k Heb Karma bom patat van Facebook geflikkerd. Da's geen vriend meer van mij.

zondag 8 december 2013

Hypocrisie

Er zijn weinig vrouwen die zo slecht met emoties om kunnen als ik.
Met emoties van anderen dan, met die van mijzelf heb ik geen problemen.
Op dat gebied ben ik een echt wijf, ja. Zagen, zagen, zagen en over alles veel te lang piekeren.
En dat terwijl het antwoord vaak zo vanzelfsprekend is.

Bij een ongewenst "ik zie u graag en ik zou u alles willen en kunnen geven wat je maar wil" sla ik tilt.
Ik panikeer al bij een "we moeten dringend eens afspreken, hè" waar ik op voorhand al van weet dat ik er geen zin in ga hebben. Dus verzin ik excuses. Als die andere persoon het dan nog niet snapt, is dat zijn of haar probleem, niet het mijne.
Niet echt lichtgevoelig van mij, ik weet het. Maar ik wil niemands gevoelens rechtstreeks kwetsen.
Dat doet mij ook pijn.
Al duurt eerlijkheid waarschijnlijk wel het langst.
Ik heb altijd al gedacht dat karma ooit wel eens kei hard zou terugbijten voor mijn smoesjes om bestwil.
En zo geschiede...

"Ik ben verliefd op u." Blijkbaar iets wat al de rest al héél lang wist, behalve ikzelf natuurlijk.
Paniek, verbazing, die reflex om niemand te willen kwetsen.
"Maar ik heb gevoelens voor iemand anders..." stamelde ik nog.
Dat hij dat wel wist, zei hij. Over wie het precies ging, zat hij wel nogal naast de kwestie maar ik knikte maar. Met tranen in de ogen.
En toen ik mezelf daar weer even aan herinnerde, ging mijn redeknop helemaal uit.
Niet beseffend dat ik daar wel eens anderen mee kon kwetsen.

Waarom vergeet ik dat ook constant?
Mijn daden vallen niet goed te praten, maar ik ben niet iemand die je zomaar kan opeisen. Wanneer je zin hebt in een beetje mij en wanneer het uitkomt of wanneer je jaloers bent.
Ik laat niet met mij sollen, niet met mijn gevoelens spelen.
En dat is hypocriet van mij, omdat dat precies is wat ik bij anderen doe.
Maar wie is dat niet?
Ik hypocriet, jij hypocriet, hij hypocriet enzovoort.
En wij twee zijn de ergste van allemaal.
Niet met elkaar, niet zonder elkaar kunnen leven. Maar niet kunnen beslissen wat we nu willen en van elkaar kunnen of mogen verwachten. Beloven elkaar zo min mogelijk pijn te doen om vervolgens mekaar te folteren op de ergste manieren.

Misschien heb je nu wel een lichte afkeer van mij, en misschien is dat niet eens zo slecht.
Ik wou alleen sorry zeggen. Niet om wat ik heb gedaan, wel omdat ik je pijn deed.
Dat is wel het laatste wat ik ooit wou.

Wat passioneel begint, heb je zelden in je macht - Clouseau

donderdag 5 december 2013

Frustratie

Lieve Symon

Zoals je al wel wist, ben ik geen geduldig meisje.
Je mag me niet zo in onzekerheid laten leven.
Wat er door je heen gaat, valt niet gemakkelijk samen te vatten.
Dat begrijp ik.

Ook voor mij is het woorden wikken en wegen.
Maar ik kon niet langer wachten.
Ik denk dat ik sinds het begin van dit pokerspel eventjes gelukkig ben geweest, ja.
Nu voel ik me vooral gefrustreerd.

Vrienden zeggen dat ik moet stoppen met me te laten doen en genoegen te nemen met die positie die geen van ons beide mij wilde geven.
Ik weet dat het niet eenvoudig is, maar hoeft het echt zo moeilijk?
Die onvoorspelbaarheid van jou, dat mysterieuze dat je altijd meesleept, vind ik je aantrekkelijkste en meest afstotelijke eigenschap.

Je vroeg me een maand geleden : "Op welk punt zijn we nu beland?"
Wel, lieve man, ik heb geen idee op welk punt jij beland bent. Je kan het me niet vertellen en ik heb een vermoeden dat als dat gesprek er toch van komt je zal liegen.
Ik heb ook gelogen tegen jou, omdat dat de realiteit dragelijker maakt.

Maar ik ben nu op het punt beland dat ik open kaart wil spelen. Gedaan met mezelf en jou voor te liegen.
Hier sta ik dan, armen en hart wagenwijd open.
Hoe ver staan jouw armen en hart open naar mij?
En ik smeek je, wees eerlijk en voluit.
Dan weet ik of dit het wachten waard is, of kan ik verdergaan.

Veel liefs
Je maatje

maandag 2 december 2013

Es ist was es ist

Het is onzin 
zegt het verstand 
Het is wat het is 
zegt de liefde 

Het is ongeluk 
zegt de berekening 
Het is alleen maar verdriet 
zegt de angst 

Het is uitzichtloos 
zegt het inzicht 
Het is wat het is 
zegt de liefde 

Het is belachelijk 
zegt de trots 
Het is lichtzinnigheid 
zegt de voorzichtigheid 

Het is onmogelijk 
zegt de ervaring 
Het is wat het is 
zegt de liefde

- Erich Fried, wat het is 

Ik hou eigenlijk helemaal niet zo van poëzie, ik ben niet bepaald de grootste romanticus die op deze aardbol rondloopt. 
Maar dit oorspronkelijk Duitse gedicht vond ik prachtig. Simpel misschien, maar wat betekenen dure woorden als je ze niet kan vatten? 
Was het soms maar gewoon wat het was.
De liefde vraagt om geduld, veel geduld, wederzijds begrip en respect. Daar moet moeite voor gedaan worden. Dat komt niet zo vanzelfsprekend als dat hevige verlangen dat door heel je wezen brandt en die angst om verdriet te krijgen of, mogelijk nog erger, te zaaien. 
Hoe vaak zal onzekerheid een donkere schaduw op de liefde werpen? Twijfel? Verwarring? En is dat het waard? 
Es ist was es ist, sagt die Liebe.  

dinsdag 26 november 2013

Brief aan Symon

You don't know how strong my weakness is - Rod Stewart 

Liefste Symon 

Toen ik je leerde kennen, was ik compleet van mijn sokken geblazen. Je was zo slim, charmant en ja sorry, oud. Ik was nog een tiener, jij al even een twintiger en dat leek een wereld van verschil. Maar ik vond dat niet erg, integendeel.

Ik was nog volop aan het uitzoeken wie ik was en wat ik wilde in het leven, al deed ik erg mijn best om dat voor jou te verbergen. Ik wilde niet dat jij mij nog een kind vond, hoewel ik dat wel nog was. Een naïef, dom kind dat graag leuk gevonden werd door jou.

En je vond me wel leuk, hè? Volgens mij had je me volledig door, en wist je wel dat ik me slimmer en volwassener voordeed dan ik eigenlijk was. En hoe walgelijk onzeker ik was. Ik heb 't al eens stilletjes laten vallen, al kijk ik liever niet meer terug naar die periode, maar ik heb er niet altijd uitgezien zoals toen en nu. Op dat moment moest ik me nog aanpassen aan het nieuwe spiegelbeeld dat ik gekregen had, nee, waar ik voor geknokt had. En plots nam iedereen, vooral mannen dan, me serieuzer, wilden ze wel met me praten en misschien wel meer.

Ik heb dat toen, en misschien nog altijd, verschrikkelijk uitgebuit. Dat vond jij maar niks, maar ik genoot wel van die pas verworven aandacht.
Als er al eens gevoelens aan te pas kwamen, werd ik bang en liep ik weg.
Ik heb niet zo gemakkelijk lief als jij misschien wel denkt, net zomin als dat ik me gemakkelijk laat liefhebben. Zoals Milan Kundera lang geleden schreef: "Liefde openbaart zich niet door een verlangen om te vrijen (dat verlangen geldt een ontelbare hoeveelheid vrouwen,) maar door een verlangen naar een gedeelde slaap (dit verlangen geldt één enkele vrouw)." Dat laatste verlangen was mij vreemd/ 

En toen kwam jij ten tonele. Wat erna volgde, hoeft niet beschreven te worden, want zelfs voor ons was en is dat een mysterie.

Eigenlijk is er ondertussen niet zoveel veranderd. Ja, we zijn wat ouder geworden. Maar verder ben ik diep vanbinnen nog steeds dat onzekere, naïeve meisje dat naar jouw aandacht en goedkeuring dingt.
Als tiener hield ik echter wel van een spelletje, dat hield het leven spannend. Nu is dat niet meer.

Want dit is hoe ik het zie, mijn liefste Symon. Destijds speelden we een spelletje poker. Stiekem, want poker was ten zeerste verboden. Ik ging all-in, jij was het spelletje eventjes beu en stopte. Niet veel later zag ik dan dat jij van tafel was veranderd.

Het was niet jouw schuld, Symon, noch de mijne. Ik wil je niet alle verantwoordelijkheid in de schoenen schuiven, maar laten we alsjeblieft niet in herhaling vallen. Al weet ik dat we al heel sterk naar die kant aan het neigen zijn.  Jij was niet zeker hoe ik me indertijd precies voelde, ik weet dat eigenlijk ook niet. Wat ik wel weet, is dat het me veel verdriet heeft bezorgd. Dat wil ik niet meer meemaken.

Daarom wil ik je vragen: mis mij. En ik zal jou missen.

Tot ziens, vriendje.

vrijdag 22 november 2013

Familyman

Dochters zouden naar een evenbeeld van hun vader in een man zoeken. 
Laat mijn vader, of wat dat betreft elke man in mijn familie, het laatste zijn waar ik naar op zoek ben. 
De mannen die ik papa, broer, oom of opa noem, zijn de meest verachtelijke die ik ken. Stuk voor stuk zijn ze schijnheilig, egoïstisch, boertig en narcistisch. 
Nee, daar bedank ik toch wel mooi voor. 
Ik ben een gevoelig type, té gevoelig misschien. Eén van mijn mooiste en lelijkste karaktereigenschappen. Ik kan me goed inleven in de gevoelens van een ander. Voor degene die het maar willen, kan ik de beste vriendin zijn die ze ooit gehad hebben. Maar anderzijds durf ik, mede dankzij die overgevoeligheid, de dingen wel eens overdrijven en enkel het emotionele aspect van de zaak te bekijken. Ik heb wel een aanleg om drama te maken waar het onnodig is. 
Ik denk dat ik niet moet uitleggen dat het bij ons thuis zowat dagelijks ruzie is door die verschillen. 
Wat ik doe, wordt niet gewaardeerd. Ah nee, want "jij hebt toch niets beter te doen dan heel het huis te kuisen." of "Je bent 22 jaar oud, dan mag je wel eens ervoor zorgen dat de huishoudelijke taken gebeuren."
Zelfs al vind ik die opmerkingen niet relevant en denigrerend, die kunnen me nog het minste schelen. 
Maar nadat ik een hele dag krom heb gelopen met emmer en dweil komen de mannen (met vuile schoenen!) doodleuk binnen en lopen naar waar ze willen. 
Ik verlies mijn temperament. Zij roepen bovenstaande opmerkingen naar mij. Ik word nog kwader. 
Het is niet omdat ik werkloos ben, dat ik een huisslaaf ben. De nog natte vloer terug vuilgemaakt? Och ja, dan weet ze morgen weer wat doen. En zo denken zij echt. 
Over mij, over vrouwen in het algemeen. Vre-se-lijk ouderwets. 
Dus neen, ik wil geen man die op mijn vader of broer lijkt. (Anderzijds ook zeker niet iemand die te hard op mij lijkt, de bom zou nogal ontploffen) 
Vanmorgen was het weer zover, mijn broer staat om 12 uur 's middags op ("Wat? Ik ga wel al een hele week naar school hè, dan mag ik toch eens uitslapen!") terwijl ik al lang bezig was met de opkuis. Nu loopt hij natuurlijk weer overal door en houdt er geen rekening mee. "Ah ja, ik neem de auto hè, ik veronderstel dat jij toch nergens heen moet? De keuken ziet terug vuil."
En toen knapte er iets. 
Vlak erna heb ik mijn laptop op schoot genomen en me aangemeld bij Thomas Cooke om in het buitenland te gaan werken. Twee vliegen in een klap: ik heb werk en ik hoef die twee zwijnen minstens vier maand niet meer onder ogen komen. 
Hopelijk vinden ze me daar wel goed genoeg voor, ik begin moedeloos te geraken van dat nutteloze gevoel. Werkgevers bezorgen me het al, thuis is de laatste plaats waar ik dat nodig heb.
Al is dat wel precies de plek waar ik me het minst gewaardeerd en gesteund voel.  

maandag 18 november 2013

Woeste hoogten



Dank u, mama, om Wuthering Heights van 1939 voor mij op te nemen.
Over het algemeen ben ik eigenlijk geen grote fan van zwart-wit films. Vaak vind ik ze overdreven en flauw. Maar deze film, wat een pareltje. Jaren geleden heb ik het boek gelezen, en toen al was ik helemaal weg van het ingewikkelde liefdesverhaal van Heathcliff en Cathy.
Fuck Romeo en Julia en Jack en Rose, Heathcliff en Cathy is mijn alltime favoriete troubled love-koppel. Bekijk de film, of nog beter: lees het boek en je zal snappen wat ik bedoel. Geen soppige scènes, of ongeloofwaardige opofferingen voor de liefde maar pure, rauwe passie voor elkaar, die ook vaak tot ruzie en frustraties leidt.
Een relatie waarvan je hoopt dat je ze nooit zal hebben, en anderzijds ook weer wel.
Want het zijn niet de liefdes met veel wederzijds respect en zo min mogelijk ruzie waarover gesproken en geschreven wordt, en al helemaal niet de relaties waarin je je perfect comfortabel voelt en waar dagelijks aangename hoe-was-je-dag-gesprekken plaatsvinden. De liefde waarover de grootste boeken uit de geschiedenis worden geschreven en waarover Oscarwinnende films worden gemaakt is verknipt, totaal wacko.
En laat dat net het minste zijn wat er over Cathy en Heathcliff gezegd kan worden.

vrijdag 8 november 2013

Op zoek naar Het licht

Jongeren, ook ik, proberen hun leven ten volste te benutten. Genieten, moet je, genieten. Maar wat als dat niet meer lukt?
Ik zei daarnet tegen mijn broertje hoe blij ik was dat het weekend was, waarop hij spottend antwoordde: "Pff, voor jou is het altijd weekend. Jij zit hier toch maar thuis."
Ik heb nog steeds geen werk, en geloof mij: dat is niet zo leuk als de meesten denken. Mijn broer denkt dat ik een hele dag tv kijk, game en op de computer mijn tijd wat zit te verdoen. En dat ik daar erg gelukkig om ben.
Niet dus.
Ten eerste ben ik me niet constant aan het ontspannen, ik heb ook zo mijn klusjes te doen in huis en ik ben heel actief op zoek naar werk natuurlijk. Omdat ik binnenkort naar de VDAB moet, heb ik al mijn sollicitaties en afwijzingen in een mapje gebundeld. En geloof mij, 't zijn er veel.
Ten tweede vind ik dat er niet zoiets is als ontspanning als je je daarvoor niet ingespannen hebt. Computeren, tv-kijken, het lijkt allemaal zo leeg. En ik voel me er nutteloos door.

"Alsof jij in de best mogelijke wereld leeft. Alsof jij daar niet ook bij hoort."
"Maar ik weet tenminste dat er iets anders kan zijn." 
"En dat weet je door een beetje te dansen en drugs te gebruiken?" 
"Ja! Of - het is een begin." 
"Een begin van wat?" 
"Iets waar- Iets wat - Een plek waar je niet onder alles wat mooi is iets slechts, iets lelijks vermoedt, waar je kunt zien dat wat jij doet, gevolgen heeft. Ergens waar plaats is voor jouw inbreng, niet als iemand die alleen mag toekijken naar het spektakel, maar onderdeel is van iets echts is." 
Het licht- Jeroen van Rooij 

Dit is een passage uit het laatste boek dat ik gelezen heb. In het begin vond ik het nogal onsamenhangend, twee totaal verschillende verhaallijnen die elkaar naar het einde toe vinden. Mooi wel. Daar is over nagedacht. Ik lees heel veel de laatste tijd. Dan heb ik tenminste het gevoel dat ik mijn hersenen draaiende houd.
Soms ben ik bang om die kwijt te geraken en nooit meer terug te vinden. En om cynisch te worden en nergens meer van te kunnen genieten.
Uit verveling, uit angst voor afwijzing, uit wanhoop op beter.
En dan is het weekend, en kan ik me weer uitleven met mijn vrienden, die hun eigen bezigheden hebben tijdens de week. Dan voel ik me gelukkig(er).
Al weet ik niet wat het allemaal gaat geven na die afwijzing van vorige week. En al geef ik het niet graag toe: het doet nog erg veel pijn. En net wanneer ik me bedenk dat ik nooit echt veel chance gehad heb op dat vlak, krijg ik een sms:
"Goed herstel, meid! X" (Ik heb dinsdag mijn ogen laten laseren)
Mijn ex.

Great, just great.

zondag 3 november 2013

Woordenkots

Ik vervloek mijn groot bakkes.
Serieus.
Ik moet echt eens leren om af en toe mijn muil te houden. Zéker als ik gedronken heb.
Ik ben sowieso al een enorme babbelaar, maar als ik dronken ben, ratel ik. Dan is er geen stoppen aan.
En over wat dan nog...
De grootste onzin ever komt als woordenkots eruit. Mopjes (die vooral ik zelf enoooorm grappig vind, adviezen (die op niets slagen) en de zin van het leven mag uiteraard ook niet ontbreken.
Ik zie heel de wereld op die momenten ook graag en begin gretig kusjes en knuffels uit te delen. En als er een tof liedje gedraaid wordt, denk ik dat ik J-Lo ben en ga à la 'shake it, don't break it bitch' met mijn kont draaien.
Erg, erg, erg.

De volgende dag word ik dan met een zucht wakker. Omdat ik koppijn heb en me geneer voor wat ik weer allemaal gedaan en gerateld heb.
Maar gisteren sloeg alles.

Ik had een fijne vriendschap en die heb ik verkloot. Door vier stomme, onbenullige woorden.
Natuurlijk dacht ik het al wel langer, maar ik zou het nooit of te nimmer zeggen.
Omdat ik niet wil verneuken wat ik al heb, en daar eigenlijk best tevreden over ben. Ik ben een vrij onafhankelijk type en dat wou ik zo houden. Ik zou ook nooit meer gekwetst worden, niet ik. En overigens wist ik ook al wat zijn reactie zou zijn. Al viel dat al bij al nog best mee. Terwijl ik verwachtte dat hij zou vliegen naar huis, nam hij me in zijn armen en troostte mij. Dan toch niet de klootzak waar ik eigenlijk voor gevallen ben.

Ik wou het zo graag mijn geheimpje houden. My dirty little secret. Maar die onbedwingbare woordenkots in mijn lijf dacht daar anders over. En toen kwam eruit wat ik al lang niet meer tegen iemand gezegd heb.

Ik zie u graag.

maandag 21 oktober 2013

Vergeten tranen

Ik slaap al een tijdje niet goed meer. Weet niet goed waarom ik zou opstaan. De jobhunt levert niks op (en jaja, ik ben nog maar net op zoek, maar toch is 't enorm frustrerend), ik verveel me te pletter (en dan begin ik maar te snoepen) en ik heb al mijn taken veel te snel gedaan. 
Gisterennacht was ik dan ook heel blij om te zien dat de nieuwe afleveringen van Glee al online staan. 
Noem me een klein kind, maar ik vind dat programma fan-tas-tisch, ik begrijp echt niet waarom het geen succes geworden is in Vlaanderen. Seizoen 1 en 2 zijn nog een beetje kinderachtig, maar vanaf seizoen 3 grijpen ze echte problemen bij de kloten (o.a. in mijn ogen een van de grootste problemen van de moderne maatschappij: het keuzeprobleem) en verzachten die door erover te zingen. 
Hey, iedereen heeft zo zijn geheime maniertjes om zijn problemen aan te pakken. Als ik verdrietig ben, sluit ik me op in mijn kamer, kijk honderden films terwijl ik zowat alles wat er in huis te vinden is, opeet. Heel gênant, ik hoop dat niemand me ooit zo ziet, maar 't helpt wel tegen het hartpijntje. 
Bon, zoals iedereen ondertussen weet is Cory Monteith, de acteur die Finn Hudson speelt, overleden. Toen het net gebeurd was, schrok ik wel eventjes van het nieuws (aangezien ik best een grote fan ben) maar ik kan niet zeggen dat het me echt bezighield. 
Blijkbaar hebben de makers die dood nu verwerkt in de serie. 
Ik heb die aflevering moeten afzetten. 
Dat verdriet, de wat-als'en, het zelfverwijt, het kwam me allemaal zo bekend voor dat ik het volle kwartier dat ik ernaar keek heb gejankt als een baby. 
't Is ondertussen bijna vier jaar geleden (op 16 november om precies te zijn), maar ook ik heb een vriend verloren. En het werd me plots allemaal nog eens in mijn gezicht gegooid. 
Ik ben er al heel de dag niet goed van, vooral omdat ik nu pas besef hoe aanwezig dat verdriet nog altijd is. Ik dacht dat ik er ondertussen al wel wat 'over' was. Dat het verdriet al wat gesleten was. 
Maar met het zien van die beelden brak mijn hart opnieuw in duizend stukken. 
Het was alsof ik opnieuw net achttien was geworden, de wereld aan mijn voeten, ik zat nog maar net op de hogeschool, toen ik dat sms'je kreeg. "Jody, Jeroen is er niet meer..." 



donderdag 17 oktober 2013

Liefde in koude tijden

"Wij hebben een liefde", zegt hij waarbij het woord 'liefde' met een ernstig gezicht benadrukt. De liefde is niet iets waar hij lichtzinnig over doet. Volgens Damien is een relatie iets anders. Een relatie gaat over het vervullen van elkaars behoeften, over gehechtheid en zelden over echte liefde. Het is een samenwerkingsverband gebaseerd op 'wat heb jij dat ik kan gebruiken'. (...) 
Volgens hem houden de meeste mensen niet van een ander maar alleen van dat wat de ander voor hen doet. Het ware doel is zelfloosheid in de liefde.
Ik snap er niet veel van maar ik hang aan zijn lippen. 


- De perfecte minnares van Marian Mudder

Ik ben echt vastgekluisterd aan dit boek. Wat als je de perfecte minnares bent, maar niemands echte liefde? Daarover gaat het.
De herfst is net aangebroken, en net zo snel als de kastanjebolsters uit de bomen vallen (rotdingen, heel onze oprit ligt er vol van, en aangezien ik toch maar werkloos thuiszit, mag ik ze dagelijks opruimen), besluiten koppels om uit elkaar te gaan.
Vreemd, vind ik dat eigenlijk. Maar ook begrijpelijk.
De zomer is de heerlijkste tijd om samen te zijn: je kan duizend en een dingen gaan doen, je hebt vakantie, zon, zeeën van tijd... Zelfs seks lijkt fijner in de zomer (de mogelijkheden van spannende plekjes zijn dan ook legio).
En jaja, de herfst heeft ook zijn charmes: samen naar de cinema, met een mok warme chocolademelk tegen elkaar schurken in de zetel, herfstwandelingen...
Wat een bullshit toch. In de herfst zijn de meeste vrouwen slechtgezind, want 't regent (pluishaar!) en 't is koud (geen jurkjes meer kunnen dragen! mooi gebruind kleurtje verliezen!). Ze worden daarbovenop nog eens vijf keer per herfst verkouden (en dat is niet sexy) en ze verzuipen in het werk.
En dan lijkt zo'n vriend alleen nog maar een blok aan je been, want die wil ook nog wel een beetje aandacht.
Misschien gaan ze niet uit elkaar, omdat ze al te erg aan elkaar gehecht zijn. Dan nemen ze er genoegen mee om halsreikend naar de zomer uit te kijken. Misschien naar de lente, als ze veel geluk hebben. Maar voor velen is dat niet genoeg, dus ze gaan uit elkaar.
Nu weet ik zelf ook wel dat ik erg eenzijdig en cynisch over relaties spreek. Mijn bovenstaande theorie klopt langs geen meter en ook het paragraafje uit het boek is nogal vaag.
Want ergens diep vanbinnen hoop ik dat liefde in een relatie echt bestaat. En dan heb ik het niet over 'houden van elkaar', maar een zotte verliefdheid die tot in de eeuwigheid blijft.
Laat dat nu net zijn waar ik naar op zoek ben.

Man, wat ben ik soms toch een mietje.

dinsdag 15 oktober 2013

Eighties

Ik heb vandaag de coolste outfit ever gevonden voor Bal Marginal, Halloween, carnaval en alle evenementen waar ik verplicht ben om me te verkleden. Ik heb het nog nooit eerder gezien bij iemand en 't is grappig, maar toch nog fatsoenlijk, sexy maar geen cliché en vooral héél eighties. Zalig.

zondag 13 oktober 2013

Confuus

Schoon woord hè, confuus. Ik heb dat toevallig net ergens gelezen. Volgens woorden-boek.nl is de letterlijke betekenis 'verward, verbluft'. 
Net het woord dat ik zocht om mijn gevoel en dit blogbericht te verwoorden.
Alhoewel, over een ding is er duidelijkheid gekomen gisteren: fuck sollicitatiebrieven, ik doe gewoon mijn eigen datingbureau open. Echt.
't Staat nog niet helemaal vast, maar ik heb twee eenzame zieltjes erg gelukkig gemaakt. Een vriendin van mij loopt al een tijdje zot achter een jongen (ze zegt zelf van niet, dat ze hem gewoon tof vindt en eventueel wel iets ziet zitten, meer niet. Maar dat heb ik stiekem nooit geloofd). Ze zijn al goede vrienden, maar toch was voor dat meisje de drempel om dé vraag te stellen te groot. Weken heeft ze kleine tekens van liefde zitten analyseren, het soort van: "Hij gaf me een speels tikje, wat wil dat in godsnaam zeggen? Houdt hij van mij?"
Eigenlijk heb ik totaal uit eigenbelang gehandeld, want ik hou niet van dat ge-analyseer. Mijn ervaring met mannen zegt me dat wat ze zeggen, ze ook menen. Letterlijk. Eigenlijk is er niets simpeler dan een vent.
Nu, gisteren vroeg ik haar toestemming om eens met die kerel een babbeltje te doen, maar dan mocht ik wel alles zeggen en vragen wat ik wilde. Die toestemming kreeg ik.
En wat bleek? Zijn standpunt is exact hetzelfde als dat van haar (of hetgeen ze zich voorhoudt): gevoelens zijn er niet, maar dat kan wel komen. Hij wordt moeilijk verliefd op iemand, maar hij heeft haar wel al supergraag. Dus wie weet?
Dat meisje was dolgelukkig toen ik haar zijn uitleg vertelde (ik weet eigenlijk niet meer of dat wel mocht, ik had ondertussen al zowat een vat bier uit) en zelfs vandaag heeft ze me nog de hele dag ge-sms't hoe blij ze was.
En eigenlijk ben ik wel een beetje trots op mezelf. Ik heb het systematisch tekens verzinnen kunnen stoppen. Thank God.
Omdat ik zo fier was, heb ik het gevierd met nog een vat bier.
Vanaf toen werd het alleen maar waziger. Ik ben superblij voor dat meisje, ik gun het haar met heel mijn hart maar ik haat mezelf dat ik het liefdesleven van een ander met een grote mond en zwierige gebaren kan opsmukken terwijl dat van mij een chaos is.
Ik ga met mannen om waar ik beter bij uit de buurt kan blijven, die de verkeerde dingen of gewoon niets van mij willen.
En dan begin ik niet een ander, maar mezelf te analyseren. "Ik denk aan hem, terwijl het niet zou mogen. Ben ik nu romantisch of gewoon gestoord?" Waarom voel ik me steeds aangetrokken tot de verkeerde mannen? Soms lijkt het zelfs wat op masochisme. Honderden leuke, intelligente, grappige vrijgezelle mannen lopen er op deze aardkloot rond, maar daar zit te weinig uitdaging aan, natuurlijk. De goeie laat ik schieten of verraad ik. Degene waar ik alles voor zou doen, laten me enkel confuus achter.
Daarna begin ik hen ook te analyseren: "Waarom hoor ik toch niets van hem? Kan hij niet sms'en? Weet hij niet wat hij moet zeggen?" Dan wil ik mezelf met een vliegenmepper slaan en herinner ik mezelf aan mijn eigen advies dat mannen simpel zijn, en letterlijk doen en zeggen wat ze bedoelen. Het heeft niets te maken met niet kunnen of niet weten wat gezegd. Het is gewoon onverschilligheid. Terwijl ik hen volledig in mijn gedachten absorbeer, kom ik in die van hen niet eens voor.
En dat allemaal voor een klein beetje spanning. Het is de eenzaamheid niet meer waard.


donderdag 3 oktober 2013

Mijn mama, de beste van allemaal

Mijn mama is jarig vandaag. 51 is ze geworden. Het einde van de wereld voor haar. 
Ik heb het haar eens gevraagd, niet vandaag natuurlijk, dat ligt wat te gevoelig. Maar ik vroeg haar of ze het erg vond toen ze 50 werd. "Tja, den overgang en zo... Echt leuke vooruitzichten heb je als vrouw niet meer eens je vijftig geworden bent." 
Mama is nogal een harde, of zo komt ze toch over. Mijn temperamentvolle karakter heb ik van niemand vreemd. Maar ik ben nogal gevoelig. Ik kan van normaal naar bitch gaan in twee seconden, maar dan begin ik te overdrijven en heel vaak ook te wenen. Ik hou niet van conflicten, maar helaas wel van mijn gelijk halen. Mama is ook zo maar zij blijft gewoon een furie. Zonder overdrijven, zonder wenen. Ik heb haar zelden zien wenen. Misschien enkel vroeger, toen ik nog klein was. Soms, als het leven haar echt wat te zwaar werd, als er weer eens miserie was geweest met papa. Nu zegt ze vaak dat ze tranen genoeg gelaten heeft voor hem en dat ze zich er niet veel meer van aantrekt. 
En dan denk ik: amai. Mijn mama is eigenlijk toch echt wel een straffe madam. Ze zaagt de laatste tijd een beetje als ik aan het luieriken ben dat ze wel al "een mens van in de vijftig" is en dat ik wel eens wat meer mag doen. Zeg mens, denk ik dan, 't is niet alsof ge al met een voet in 't graf staat hè. 
Maar ze heeft me ook wel heel veel kansen gegeven in het leven. Ze heeft altijd met me meegeleefd, zelfs al zei ze het niet altijd. En bovendien weigerde ze om me naar de kappersschool te laten gaan. Dat wilde ik per se toen ik 14 jaar was. "Je hebt meer in je mars, je kan leren. Doe het godverdomme dan ook en kies niet voor de gemakkelijke, evidente weg." Als puistenpuber was ik toen zo kwaad op haar. Onnozel mens, laat me niet eens mijn eigen keuzes maken in mijn leven. En vier jaar later was ik haar er zo dankbaar voor. Mijn leven als kotstudent aan de hogeschool in Hasselt (Mijn keuze! Maar wel met goedkeuring van la mama) was heerlijk. Ik heb de kans gekregen om te studeren én om op kot te gaan. Ze wist goed genoeg dat ik meer op stap ging dan goed voor me was, maar nooit heeft ze erover geklaagd. 
En zelfs nu, op het moment dat ik werkloos thuis zit en net niet de kussens opvreet uit verveling, blijft ze me aanmoedigen. Stelt ze me gerust dat het tijd nodig heeft, dat het niet aan mij ligt dat ik al tig keer ben afgewezen, dat die bazen niet weten wat ze missen. 
Ik weet wel dat veel meisjes van mijn leeftijd zeggen dat hun mama de beste is. 
Maar komaan. 
'k Heb hard bewijs op tafel gezwierd. 
Mijn mama is echt de allerbeste. De allerbeste vriendin, de wijste vrouw die ik ken, een zorgdragende kleuterjuf, een persoonlijke psycholoog, een goede kokkin, maar vooral een liefhebbende moeder. 
En soms zegt ze 'shit', dat vind ik ook wel graaf. 

donderdag 26 september 2013

Geloof in de mensheid

Met ogen die me aankeken alsof ik een insect was dat zo snel mogelijk vertrappeld moest worden zei hij: "Ik ben mijn portefeuille vergeten op de trein." 
Mijn broer is een echte dikke nek, ongelooflijk. Hij vind zichzelf altijd geweldig, loopt thuis altijd met ontbloot bovenlichaam rond om dan op te scheppen met zijn spieren en doet steeds waar hij zin in heeft zonder rekening te houden met ons, zijn gezin. 
"Ben je al naar de stationschef gegaan?" "Neu" 
Ik werd zo ongelooflijk kwaad. Zulke nonchalance. 
Kijk, ik ben ook belachelijk vergeetachtig en durf ook wel nonchalant zijn, maar als je dat weet van jezelf moet je vijf keer kijken of je alles bij je hebt. 
Wij naar die stationschef, niets gevonden. Hup, naar de politie dan maar. 
Plots kreeg hij een telefoontje van een onbekende nummer. "Dag Joren, ik ben Koen, ik heb je portefeuille gevonden op de trein. Ik moet wel een reportage maken in Vilvoorde, maar ik kom vanavond terug naar Herentals. Kom je hem dan halen?" 
On-ge-looflijk. 
Hoeveel geluk kan iemand hebben? Dat zei ik hem ook.
"Zwijg jij maar, voor u was dit waarschijnlijk het hoogtepunt van uw dag. Je hebt toch niks anders te doen", zei hij, refererend naar het feit dat ik werkloos ben. 
En toen dacht ik: hoe is het mogelijk dat net hij altijd zoveel geluk heeft met alles? 
's Avonds zegt hij doodleuk tegen mijn moeder: "Die vent kan pas om 20 voor 12 in het station zijn. Ga jij die portefeuille dan halen? Jij moet morgen toch niet werken. Ik moet wel naar school, hè." 
Mama was ook niet bepaald vrolijk om zijn nonchalance, nu al voor de tweede keer. Ze vond dat hij als straf vandaag met de fiets naar Herentals mocht om naar school te gaan in plaats van met de auto en hij was razend. 
On-ge-looflijk. 
Ik ben uiteindelijk zijn portefeuille gaan halen. Koen was een enorm vriendelijke man, die veel moeite gedaan had om mijn broer zijn gsm-nummer te krijgen om hem zo zijn portefeuille terug te geven. 
En na een avond van verwijten en arrogante blikken geloofde ik toch eventjes weer in de mensheid. 

dinsdag 17 september 2013

22

Ik ben keihard jarig vandaag.
Ja, die keihard moet erbij want ik besef het zelf al heel de dag niet.
Komt dat nu omdat ik al een half jaar zeg dat ik 22 ben, omdat ik geen feestje geef of omdat het me gewoon niet kan schelen?
Ik weet het niet.
Ik bedacht me vandaag ook of ik blij ben met waar ik sta op mijn 22e.
Vroeger, als kind, wenste ik bij elk verjaardagskaarsje of bij elke pluisbol (je weet wel, zo'n veredelde pluizige pisbloem) die ik uitblies dat ik mager zou zijn, of een schoon meisje zou worden.
Want vroeger speelden mijn vriendjes en ik altijd een spelletje - de beruchte top 5 -.
"Wat is jouw top 5 spelletjes?" "Wie vind jij de vijf tofste van Thuis?" veranderde vanaf ongeveer ons tiende levensjaar in "Wat is jouw top 5 van schoonste meisjes van de wijk?".
Ik belande steevast op de vierde, vijfde of gewoon geen plaats (omdat we met een stuk of 7 meisjes waren). Met veel tranen tot gevolg, natuurlijk. En aan mama te gaan vragen of ik echt zo lelijk was.
Toen was het nog: "Ja maar, jij bent wel de slimste, of de tofste."
En eigenlijk ben ik die vraag tot op de dag van vandaag blijven vragen.
Als puber was het het ergst natuurlijk. Ik had een nogal laag zelfbeeld en werd gepest op school. Vaak kwam ik met uitgelopen mascara thuis (ik was een emo-meisje, keiveel zwarte shmink was een must): "Mama, ben ik dan echt zo lelijk? Waarom heeft iedereen een lief en ik niet?" "Maar nee meisje... Wat dat vriendje betreft, die anderen zijn gewoon gemakkelijk. Jij bent complex, jij hebt een man nodig, geen jongetje. Wacht nog maar een paar jaar, dan zul je het zelf wel zien.Maar je mag wel wat kilo's verliezen..."
Ja, ik was een verschrikkelijk jojo-er. Het grappige is nog dat ik op mijn dikst was toen ik mijn eerste vriendje had. Zo'n magere slungel die kon eten wat en wanneer hij wou en geen grammetje bijkwam. En dat verkeerde dan met mij, een kleine chubby die al vijf kilo bijkwam door kebab te ruiken.
Toen die eerste relatie voorbij was, ben ik vijftien kilo afgevallen... om erna op kot te gaan en er weer tien bij te krijgen... om vervolgens weer een klik in de kop te krijgen en nogmaals vijftien kilo afval... en er zeven bijkom want ik heb alweer een alvretend vriendje... en om er tenslotte terug twee af te pitsen.
En dan komen we op vandaag. Ik vind mezelf niet dik, maar het slanke fotomodel dat ik als kind wilde worden ben ik nooit geworden.
Ook een lief heb ik niet. Maar daar ben ik nogal een speciale in.
Als ik een vriendje heb, doe ik vaak niets anders dan op zijn kop kakken. Ik ben niet bepaald een gemakkelijke, speel graag de baas en moet controle hebben over de zaken.
En ergens wil ik dan iemand die mij keihard tegenspreekt en waar ik mee kan discussiëren om erna kwade seks te hebben en zalig gelukkig in slaap te vallen, tegen hem aan.
Maar vaak heb ik vriendjes die mij gewoon gelijk geven. Want anders ben ik toch maar kwaad.
Het enige vriendje dat mij ooit tegensprak, heeft mijn hart gebroken. Ik was zo verliefd, en zou alles voor hem gedaan hebben. Een moord plegen? Nooit. Tot hij me in mijn nek kuste en me lief aankeek. Ik werd bang van die gevoelens. En bedroog hem. Hij kon het me niet vergeven.
Ik dacht altijd dat ons mama mij complex noemde als excuus. "Een jongen wilt u niet omdat ge complex in elkaar zit." Right, da's eigenlijk schoon gezegd dat ik nu eenmaal niet mooi ben dus 't wel van mijn karakter moet hebben. Maar ik begin haar wel te geloven...
Dus ja... Ik ben slanker en ik vind mezelf mooier dan toen ik een jaar of 5 tot 21 was.
Maar daar zijt ge vet mee als ge een kop vol complexen hebt.

zondag 8 september 2013

Nestdrang

Bah.
Gewoon bah.
De laatste tijd krijg ik heel vaak de vraag of ik geen vriend heb, en waarom dat zo is. Wanneer ik daar eenmaal op geantwoord heb, krijg ik meestal slechts een 'oh' terug of erger nog: "'t Is niet dat ge al afgeschreven zijt he, ge zijt nog jong."
Euh ja. 't Zal wel zijn. Ik ben ocharme 22 jaar jong (nog niet zelfs, ik verjaar pas binnen een dikke week).
Soms lach ik stilletjes in mijn hoofd als ik zo'n antwoorden krijg. Dan denk ik: je bent zelf nog maar een twintiger, denk jij nu echt dat je met je huidige vriendje zult trouwen en dat je zijn kinderen zal baren? Of toch op z'n minst doen alsof ze van hem komen? Neeeei. Geloof ik niet.
Blijkbaar toch wel. Overal om me heen verloven jonge koppels zich of zijn ze toch al aan het praten over kinderen, samenwonen en trouwen. En serieus hè, niet om het meisje te behagen (die dromen meestal toch van drie prachtige kinderen, een huis met moestuin en een bruiloft om jaloers op te zijn). Ook de mannen zijn tegenwoordig helemaal into dat traditionele gedoe.
't Is een boot die ik totaal gemist heb. Ik ben daar absoluut niet mee bezig. En niet alleen omdat ik single ben. Ik weet zelfs niet of ik ooit wel wil trouwen, en of ik ooit wil bevallen. Dat lijkt mij zoooo angstaanjagend. En al die moeders zeggen dan: "ja, 't doet pijn, maar je krijgt er iets moois voor in de plaats." Het enige wat ik uit heel die zin versta, elke keer opnieuw, is: "ja, 't doet pijn".
Loop ik nu achter of willen zij veel te snel naar de finish? Want dat is trouwen, en kinderen krijgen zeker, voor mij. Het einde van een tijdperk. En ja, je krijgt er veel voor terug, blablabla, maar het onbezonnen leventje is voorbij. Dat onbezonnen leven waar ik zoveel van hou.
Tenminste, ik dacht dat het liefde was dat ik voor dat leven voelde. Gisterenavond werd ik plots keihard met mijn neus op dat leven gedrukt.
Ik ben nog maar pas van kot af, sinds juni, en ik durf gerust zeggen: ik was geen lieverdje. Ik genoot van het vrijgezellenleven en mijn twee laatste vriendjes heb ik op een zeer pijnlijke manier laten merken dat ik geen relatiemateriaal ben. En na het schuldgevoel dat ik daaraan overhield (een ijskoningin was ik nu ook weer niet) heb ik daar vrede mee genomen. Ik heb enkele keren een hart gebroken, omdat zij andere dingen van mij verwachtten dan ik van hen, maar ook ik heb een paar keer de hamer van de liefde gevoeld, wanneer toch bleek dat er meer in me omging dan oppervlakkige gevoelens.
Nu is het down low echter droger dan de keel van een moslim tijdens de ramadan met temperaturen boven de 30°c. Het lot van een kotstudent die weer thuis woont.
Gisterenavond ging ik op stap met de meisjes, maar omdat de muziek niet mijn ding was, hield ik me wat afzijdig. Toen kwam er plots een jongen naast me zitten. Mijn radar ving meteen op dat hij niet lelijk was, hij had iets schattigs en hij leek een beetje zenuwachtig. "Hey. Ik wil mijn verontschuldigingen komen aanbieden..." Ik begreep er niets van en dat viel op mijn voorhoofd af te lezen, denk ik, want hij vervolgde: "Twee jaar geleden hebben we gekust op een fuif. Ik had beloofd de volgende dag af te komen en heb dat niet gedaan. Ik wil daar echt sorry voor zeggen."
Mijn mond viel net niet open van verbazing, maar omdat ik iets met die mond moést doen begon ik in plaats daarvan keihard te lachen. Verontschuldigingen voor twee jaar geleden? En voor zoiets? Oké, ik apprecieer het wel maar blijkbaar heb ik er toch niet hard van afgezien want ik herinner me de fuif, de mensen met wie ik er was, zelfs waar we erna nog iets zijn gaan drinken maar van een kus herinner ik me niets. En hem eigenlijk ook niet. Hij daarentegen wist nog mijn volledige naam, waar en wat ik gestudeerd had, waar ik ben opgegroeid en waarover we die avond gepraat hadden.
Damn.
Ik wist echt niet wat ik daarvan moest denken. Heb ik toen zo'n indruk gemaakt? Blijkbaar niet, want hij had me de volgende dag toch laten zitten. Maakt hij zo'n dingen niet vaak mee en herinnert hij zich daardoor elke kus die hij geeft?
Of ligt het probleem bij mij? En daar vrees ik nog wel het meest voor. Zegt een kus mij nog maar zo weinig dat het zelfs de herinnering niet waard is?
Vandaag had ik gehoopt op een vriendschapsverzoekje op Facebook. Maar ik vrees ervoor. Ik ben die jongen zijn ego stevig met een voorhamer te lijf gegaan.
En zelf schaam ik me te hard om er eentje te versturen.
Eigenlijk heb ik door terug in het ouderlijk huis te wonen en solliciteren sowieso een nieuw tijdperk aangekondigd. Misschien is het dan niet slecht om ook het wilde singlebestaan in de studentenstad achter te laten.
Volgens mij is die vuile nestdrang besmettelijk. Bah.


woensdag 4 september 2013

Plots lijkt het niet zo belachelijk meer

Enkele dagen geleden zat ik op de trein en zag ik een foldertje met een - voor mij op het eerste gezicht - belachelijke foto. Een fietser met tussen zijn spaken een bordje met 'I love oxygen' erop geschreven.
Eerst dacht ik nog cynisch: "Ja... Ik ook... Anders ga je dood..."
Mijn papa deed al heel vreemd aan de telefoon. En thuis bleek dat het niet goed ging met mijn bomma.
Drie jaar geleden kreeg ze darm- en longkanker. Maar doordat ze er op tijd bij was, kon ze vrij goed behandeld worden. De dokters hebben een stuk darm weggehaald en het plekje op haar long kon met chemo verholpen worden. Zwaar is het zeker geweest, maar mijn bomma is een harde tante. Al bij al kon ze nog heel veel. Ze heeft dan ook allesbehalve 'een zittend gat', zoals ze zelf zegt.
Ik ben alleen een beetje cynisch geworden door haar negativiteit. Hoe vaak dat mens al 100 procent zeker is geweest dat ze dood zou gaan, dat kan je je niet voorstellen.
Soms werd ik er - stiekem - zelfs een beetje boos in. De ouders van mijn mama's kant zijn beide aan kanker overleden. Zij leden aan een zeer agressieve soort en zagen er helemaal anders uit dan mijn bomma.
Zij konden niets meer zelf doen, waren vaak volledig verdoofd door de medicijnen. Ze hebben echt afgezien. Als ik dan mijn bomma hoorde spreken over doodgaan - constant soep kokende, met de fiets rijdende, naar de markt gaande bomma - dacht ik soms: "Och mens toch."
Ik kwam ook niet altijd heel goed overeen met mijn bomma, ik vond dat ze soms nogal bemoeizuchtig en heel ouderwets kon zijn. Je weet wel, zo het soort dat er eens goed mee lachte als ik zei dat ik graag een mooie carrière als journalist zou hebben in de toekomst en dat ik dat belangrijker vind dan kinderen. Of als ik ooit beide zou mogen hebben, ik hoopte dat ik een zorgende partner heb die hen kan opvangen als ik moet werken. "Allez Jody, dat doet ne man niet zalle. Dan gade toch al goe moeten zoeken naar zone zot."
Ook als ik alleen thuis was (als mijn ouders op reis waren bijvoorbeeld), kwam ze vaak 'eens kijken'. Om dan achteraf tegen mijn ouders te zeggen dat er afwas stond en dat het eens tijd werd dat ik leerde zelfstandig zijn, want dat ik anders nooit 'gene fatsoenlijke vent zou kunnen houden'. Terwijl ik best zelfstandig en proper ben, alleen niet op haar manier.
En daar maakte ik mij geregeld boos in, ja. Zeker op een slechte dag.
Al heb ik ergens altijd wel geweten dat ze het goed met ons voorheeft en nooit iets met kwaad opzet gedaan of gezegd heeft.
Toen ik thuis kwam vertelde mijn papa dat er littekenweefsel gegroeid was op de plaats waar de dokters haar darmen weer verbonden hadden na de operatie drie jaar geleden. Ze moeten opnieuw opereren.
Nu is het probleem dat mijn bomma een zwakke hartklep heeft, er is dus een kans dat haar bloed niet genoeg doorstroomt terwijl ze in slaap wordt gedaan. En dan zal ze ter plekke overlijden.
Mijn papa zag enorm van het nieuws af. Normaal is hij nogal een controlefreak die heel snel schreeuwt als iets niet op zijn manier gaat. Maar nu was hij kalm, alsof hij plots besefte hoe snel het voorbij kan zijn.
Ook mijn broertje, die normaal amper emoties laat zien, moest de ziekenhuiskamer verlaten toen bomma begon te praten over haar begrafenis.
En ik? Ik was kalm. De rust zelve.
Was het omdat het nog niet goed doordrong dat er een kans is dat mijn bomma er dadelijk niet meer is? Omdat ze zelf ook rustig was? Omdat ik me groot wilde houden?
Nee, ik was en ben vooral kalm omdat ik erin geloof dat ze zich ook hier doorheen slaat. Op dit moment voeren de dokters de operatie uit. Ik ben lichtjes zenuwachtig voor slecht nieuws, maar geloof. Ze wil niets liever dan leven, dus leven zal ze.
En dan plots lijkt 'I love oxygen' niet zo banaal meer.

Succes, bomma, ik ben in gedachten bij je. 



vrijdag 9 augustus 2013

'k Was haast vergeten...

... hoe 't voelt om verliefd te zijn. Zorgen en kleine gelukjes. Maar dan toch vooral zorgen. Of is het iets ertussenin?
Man, wat heb ik genoten van die twee dagen festival.
Voor mij is naar een festival gaan even ontspannend als op reis gaan. Een citytripje Casa Blanca in eigen land.
Je enige zorgen op dat moment zijn er met je bier gemorst kan worden, dat je niet helemaal vooraan kan staan bij je favoriete band of dat je niet overeenkomt met je mede-festivalganger.
Dat laatste was al helemaal geen probleem, ik ging immers met mijn best gay friend. Geen seksuele spanning, geen ruzie, geen discussie, geen misère! En je kan samen jongens checken, ah ja.
Ik was even al mijn zorgen en problemen vergeten, alleen die momenten telden.
Tot ik een foto van mijn vriend en mezelf op Facebook deelde.
Privéberichtje. Geflirt. Van The Ex.
Ik rolde met mijn ogen naar mijn vriend. "Pff, kijk wat die nu stuurt."
Mijn ogenrol werd beaamd: "Niet op antwoorden, laat hem maar doen." "Ja, sowiesoohoo..."
Nee, niks sowieso dus. Ik flirtte terug. Wanneer de best gay friend niet keek natuurlijk, want ik had me net zo stoer gedragen. Zou een beetje belachelijk overkomen.
En belachelijk voelde ik me toch al. Ik vloekte omdat ik net even twee dagen niet aan hem dacht, en ja hoor, dan laat hij nog eens iets van zich horen. En ik voelde kriebels omdat ik eigenlijk toch wel blij was dat ik zijn interesse toch nog kan opwekken.
Zielig. Ik ben de persoon geworden die ik vroeger uitlachte. Een tot over de oren verliefde, naïeve persoon die zich maar niet over The Ex kan zetten en alles zou doen voor een klein gesprekje.
Ik was nog nooit écht verliefd geweest, heb bij al mijn relaties altijd het koppie erbij gehouden, maar bij The Ex was en ben ik een dwaas.
En daar hou ik niet van.
Op zo'n meisje is The Ex ook niet gevallen. Veel jongens, maar ook meisjes appreciëren net aan mij dat ik een onafhankelijke jongedame ben die niet op haar mondje is gevallen (enfin, dame is ook een groot woord. Ik ben eigenlijk nogal een boerin).
Tenminste, dat was ik tot ik hem leerde kennen. Ik begon te denken voor hem. Al van het prille begin. Als ik ging shoppen: "Zou hij dit wel mooi vinden?", Als ik ging koken: "Hmm, zou ik niet beter sla eten? Ik wil niet dik worden... Dan ziet hij me misschien niet meer staan." En me opdoffen dat ik deed: make-up in orde, mooiste (= kortste) kleren aan (zelfs al was het daar nog véél te koud voor), hakken aan (die ik anders nooit droeg) en vooral: zorgen dat mijn lingerie matcht. Want daar stond hij op.
En misschien is het zieligst van al dat de relatie maar een maand of drie stand heeft gehouden.
Serieus, als ik dit verhaal vroeger van een vriendin moest horen, zou ik vooral compassie met haar hebben. Meisje toch, zo'n korte relatie en zo'n sloef... Foei.
En daarom zwijg ik dus maar in alle talen over de oorlog die mijn hoofd en mijn hart eigenlijk met elkaar aan het voeren zijn. Je weet niet wie nu de goeie of de slechte is en dus ook niet voor welk team je moet supporteren. En misschien is het net dat wel wat het zo moeilijk maakt.

woensdag 7 augustus 2013

Schrijfwedstrijd

Zoals ik in mijn eerste blogpost al vermeld heb: ik heb het schrijven weer goed te pakken. Daarom was ik erg opgetogen toen ik op de Facebookpagina van CJP het volgende bericht las: Gezocht: Google-en schrijftalent
Yes, een uitdaging, dacht ik. Uiteindelijk heb ik vier (!) uur aan een klein tekstje gewerkt. Toch niet zo'n simpele opdracht als ik eerst dacht, het plaatje moet kloppen. 
Zoals ik dan weer in mijn tweede blogpost heb laten merken, ben ik nogal onzeker. Daarom wil ik hieronder het tekstje waar ik pijnlijke vingers van het typen en verkrampte ellebogen van het leunen van heb gekregen alvast posten, voor ik het naar Creatief Schrijven verzend. Reacties zouden dus errug welkom zijn. Alvast merci! 

Parijs 

Op de dag dat Inni Wintrop zelfmoord pleegde stonden de aandelen Philips 149.60. Zijn vrouw Zita had hem verlaten. Nochtans was Inni niet meteen het soort man dat van zulke zaken wakker lag, en eigenlijk moest het er ooit wel eens van komen. De laatste vijf…of waren het zes jaren? Misschien zelfs wel meer dan zes van hun achtjarig huwelijk was hij haar niet bepaald trouw geweest. Hij verdween vaak en liet Zita in het ongewisse over zijn verblijfplaats. Soms wist ze zelfs niet eens of hij nog wel in leven was. Die verdwijningen konden drie dagen duren, maar soms ook twee weken. Een keer is hij zelfs een jaar niet naar huis gekomen. Een impulsieve reis naar Thailand met zijn vrienden, die zichzelf kunstenaars noemden. Eigenlijk waren het gewoon hippies en hoeren. Na dat jaar kwam hij dan doodleuk thuis en vertelde hij over het prachtige land en de avonturen die ze beleefd hadden en de mensen die ze ontmoet hadden op de Khao San Road. Hij was nog maar net thuis, het was op 16 juni, dat herinnerde ze zich nog goed, of hij vertrok alweer naar Ierland om Bloomsday te vieren. Al kwam Zita daar pas drie weken later achter, toen haar man weer thuis kwam.  

Daar zat Zita dan, te wachten met de soep en de patatten. Op die momenten was ze eigenlijk blij dat Inni geen kinderen wilde. Zelf had ze altijd gedroomd van huisje, boompje, beestje. Liefst dan nog in Parijs, met een enorme rozentuin, drie honden, vier poezen en een kippenhok met maar liefst tien kippen in. En als het dan ook nog eens mogelijk zou zijn met drie bloedjes van kinderen: Nik, Madeleine en Marijn. Maar Inni wilde geen kinderen en ook zij had, sinds ze getrouwd waren, die droom al lang opgeborgen.

Met het bedrog, want Zita wist goed genoeg dat Inni tijdens die plezierreisjes met zijn vrienden zijn lul niet in zijn broek kon houden, kon ze nog leven. Maar wat ze niet begreep was dat hij schijnbaar dolgelukkig was als hij weg was, maar eens hij weer een voet in hun huis gezet had er donkere wolken boven zijn hoofd opstapelden. Hij was niet agressief of gemeen, hij was gewoon afwezig, somber. Hij leek zo ongelukkig bij haar, en zij was ongelukkig bij hem. Na vijf jaar huwelijk had ze hem al liever uit dan in het huis. Soms hoopte ze zelfs dat hij gewoon niet meer naar huis kwam. 

Op een zeldzame dag wanneer Inni thuis was, had ze haar spullen bijeengeraapt en vertrok ze. Ze wilde hem niet zomaar verlaten als hij weg was, al zou dat wel veel simpeler geweest zijn. Inni begon te schreeuwen: “Waar denk jij wel niet dat je naartoe gaat? Je kan me niet verlaten. God heeft ons gebonden.” Dan heeft hij toch nog een greintje emotie in dat magere lijf, dacht Zita. “Ik ben zoals Kairos,” zei ze, “En dit is het moment waarop ik knopen moet doorhakken. Ik heb gewacht tot je thuis was, ben niet zomaar vertrokken. Ik wou jou niet aandoen waarmee jij mij al jaren kwelt. Ik ga naar Parijs om mijn dromen waar te maken. Vaarwel Inni.”  

De maanden die volgden bleef Inni thuis. Hij ging niet meer op reis, verdween niet meer. Zijn depressieve gedachten vraten hem op. Daarnaast was hij ook nog eens stikjaloers sinds Zita bij hem weg was. Hij werd paranoïde en probeerde hele dagen en nachten complottheorieën tegen hem te ontcijferen. Waarschijnlijk was Inni Wintrop een paar dagen na zijn zelfmoord gestorven aan uitdroging, maar de man was zo doorgedraaid van zijn eigen waanbeelden dat hij zijn leven niet langer wilde rekken. Inni wilde altijd al een memorabele dood sterven. Een die de eerste bladzijde van alle kranten zou halen.

Helaas voor Inni stonden de aandelen van Philips die dag 149.60, iets wat die dag alle voorpagina's haalde. 

zondag 4 augustus 2013

Simply the best

Soms komen de kleine pleziertjes in het leven bij toeval.
Ik was al compleet vergeten dat ik mee zou doen met Fox Je Rot vanmiddag. Nét op tijd dacht ik eraan. 
Ik was zelfs nog aan het denken om gewoon af te bellen met een smoesje. Ik voelde mij moe en futloos en het laatste waar ik zin in had was om opdrachtjes te doen of hindernissen af te leggen waar ik waarschijnlijk toch niet snel, lenig of fit genoeg voor was. En dat dan met een chirogroep die al jaren vrienden is. 
Ik ken die mensen ook wel natuurlijk, maar toch ben je altijd een beetje een buitenstaander, zeker op zo'n activiteiten. Achja, ik heb toch mijn protesterende lijf onder de douche gezwierd en ben vertrokken. 
En... 't was leuk. 
Echt. 
Heel de namiddag heb ik een hindernis afgelegd met een mountainbike, door de modder geploeterd met zwemvliezen aan en met een rubberbootje van een met bruine zeep overgoten heuvel geroetsjt. 
En ja, nog eens actief zijn deed me best goed. Zonder de druk van winnen of de beste zijn. 
Daarom ben ik meer en meer aan het overwegen om terug een hobby te nemen. Een vriendin vroeg me onlangs of ik geen zin had om me bij haar voetbalclub aan te sluiten. En vandaag had ik daar wel weer goesting voor, ja. 
Maar zoals in alles ben ik in voetbal maar een middelmaatje. Ik snap het spel (tja, opgroeien in een door voetbal geobsedeerd gezin...) , maar ik loop niet snel en durf wel eens naast de bal trappen. 
En dan stel ik de club teleur door stomme fouten te maken. En dan ben ik weer niet gelukkig. 
En zo ben ik in alles een middelmaatje. In school, hobby's, muziek,... En ik vraag me vaak af of dat mij niet saai maakt. 
Sommigen vinden middelmaat geruststellend, er is geen competitie nodig. 
Het ergste is misschien dat ik zelf niet blij ben met die middelmaat. Ik wil goed zijn. Nee, ik wil de beste zijn. Deelnemen is belangrijker dan winnen, wordt wel eens gezegd. Die uitspraak is door een middelmaatje bedacht. Een verliezer zegt zoiets zeker niet, die is té teleurgesteld in zichzelf, maar een middelmaat... Die is met alles tevreden. Uit angst om toe te geven dat ze gewoon niet goed genoeg is. 

Maar ach, ik heb vandaag toch plezier gemaakt. 

zaterdag 3 augustus 2013

Zorgen en gelukjes

Wauw, ongelooflijk, ik ben terug begonnen met een blog...
En ik vond het al vreselijk moeilijk om het ding een naam te geven. Want een naam moet schreeuwen waarover je blog zal gaan en wie jij bent.
Ik ben Jody, een single twintiger met een hele hoop complexen die steeds op zoek is naar kleine gelukjes. Vandaar de naam van mijn spiksplinternieuwe blog: Soucis et petit bonheur.
Ik heb deze blog opgestart omdat ik sinds kort weer véél goesting heb om te schrijven. Schrijven werkt therapeutisch, zeker voor mij, dat was al zo toen ik opstelletjes schreef in de lagere school tot het moment dat ik afstudeerde met een bachelor in de journalistiek.
Het is vreselijk moeilijk om in die sector aan werk te geraken en om eerlijk te zijn ben ik dan nog eens kieskeurig ook. Ik wil niet voor om het even welke krant of tijdschrift werken, ik moet me er goed bij voelen en weten dat ik daar mijn ei kwijt ga kunnen. Ik wil mijn creativiteit niet de kop indrukken.
En sinds ik dat beslist had, heb ik het schrijven een tijd lang de kast in gestopt. Ik had me neergelegd bij het feit dat ik van schrijven geen job zou (kunnen) maken.
Een maand geleden keek ik nog eens naar mijn profiel op Noxa, dat er op dat moment maar verlaten uitzag. Het was zo'n dag dat ik vreselijk gefrustreerd was. Ik voelde me eenzaam en was boos op de wereld.
En ik begon te schrijven, een nieuwsje zoals de gebruikers het daar noemen, maar eigenlijk is het gewoon een blogpost. Daar is toen redelijk wat reactie op gekomen en ook het bezoekersaantal op mijn pagina ging goed de hoogte in.
Kriebels, dat voelde ik. Alsof ik verliefd was, zo enthousiast was ik. Leeftijdsgenoten die vertelden dat ze dezelfde zorgen hebben als ik en die hulp bieden en complimenten geven over hoe goed ik hun gevoelens kan verwoorden, die zeggen dat het fijn is dat ze niet alleen zijn.
En dat is precies wat ik wil bereiken. Ik ben geen psycholoog, ga me daar ook niet voor uitgeven maar ik ga mijn kleine en grote zorgen hier van me afschrijven en als ik ondertussen kleine of grote gelukjes tegenkom, zal ik het ook zeker laten weten.
Hopelijk kunnen we wat tips uitwisselen om over kleine pijntjes te komen of kan iemand mij de schatkaart naar het grote geluk uitlenen.

Liefs